Laat studenten zich thuisvoelen op de universiteit
Eerstegeneratiestudenten zijn de eersten in hun familie die het hoger onderwijs betreden. Ze staan voor uitdagingen en obstakels die verder gaan dan alleen academische zaken. Deze studenten zijn vaak pioniers in hun gezin en gemeenschap. Het feit dat ze deze stap zetten verdient niet alleen erkenning, maar ook onze steun.
Het Amsterdams Universiteitsfonds zet zich al in voor de academische en sociale ontwikkeling van UvA-studenten. Dankzij uw vrijgevigheid kunnen we jaarlijks talloze studenten voorzien van reisbeurzen en studiebeurzen verstrekken in tijden van crisis. We bieden financiële steun aan studenten die door oorlog of persoonlijke omstandigheden hun opleiding in gevaar zien komen. Maar de specifieke uitdagingen van eerstegeneratiestudenten leiden vaker tot studie-afbreuk, en we zijn vastbesloten om ook deze studenten bij te staan.
Eerstegeneratiestudenten worden geconfronteerd met extra hindernissen. Ze missen vaak de voorkennis en het sociale en culturele kapitaal dat studenten met hoogopgeleide ouders meekrijgen. Hierdoor kan het moeilijk zijn om academische conventies te begrijpen, de juiste hulp te vinden of efficiënt te studeren. Deze studenten moeten vaak een complexe combinatie van financiële, emotionele en academische obstakels overwinnen om hun diploma te behalen.
Milio van de Kamp, socioloog en universitair docent aan de UvA, kent als geen ander de uitdagingen van eerstegeneratiestudenten. Hij heeft zelf een lange weg afgelegd voordat hij als eerste in zijn familie een universitair diploma behaalde. Zijn jeugd werd gekenmerkt door armoede en spanningen thuis, maar zijn intelligentie en vastberadenheid om anderen te helpen brachten hem uiteindelijk naar de Universiteit van Amsterdam.
Als docent richtte hij Baanbrekers op, een extracurriculair programma voor eerstegeneratiestudenten. Een veilige plek waar ze kunnen landen en kunnen leren van elkaar. ‘De verhalen van de studenten leken schrikbarend op elkaar, en op mijn eigen verhaal. Ik leerde dat de meesten ook afkomstig waren uit de lagere of arbeidersklasse. Bijna wekelijks kwamen een aantal van hen bij mij aankloppen voor een gesprek. Met volle hoofden vroegen ze zich hardop af of ze niet gewoon moesten stoppen.’
Niet de studieresultaten, maar persoonlijke omstandigheden of gebrek aan zelfvertrouwen zitten deze studenten vaak in de weg. ‘Ik ontmoette studenten die mantelzorger waren voor hun ouders, die talloze uren moesten werken om hun studie te kunnen betalen, die het grootste deel van hun leven in de jeugdzorg hadden gezeten en die met vwo-Citoscores naar het vmbo waren gestuurd.’ Door het Baanbrekers-programma ziet hij de studenten opbloeien. ‘Ze halen goede cijfers, maken slimme analyses en stomen zichzelf klaar om de wereld te bestormen.’
Academisch succes en het gevoel van thuiskomen op de universiteit zou niet mogen afhangen van iemands achtergrond. We willen een universiteit die iedereen met ambitie en potentieel gelijke kansen biedt. Bovendien geloven we dat de gehele universiteit profiteert van de unieke, waardevolle perspectieven die eerstegeneratiestudenten meebrengen.
Met uw steun brengen we een inspirerende programma’s zoals Baanbrekers verder tot bloei en helpen we eerstegeneratiestudenten met subsidies en praktische steun om te gedijen in de academische wereld. Helpt u mee?
Milio van de Kamp is universitair docent aan de UvA. Hij werd in 2022 uitgeroepen tot Docent van het Jaar op de Faculteit Maatschappij en Gedrag. Van de Kamp schreef een boek over opgroeien in armoede en zijn ervaringen met kansenongelijkheid: Misschien moet je iets lager mikken (2023).